GEBED IEDERE DAG

Gebed voor de armen
Woord van god elke dag
Libretto DEL GIORNO
Gebed voor de armen
Maandag 31 maart


Lezing van Gods Woord

Loven wij de Heer, Hem zij alle eer en dank.

Dit is het evangelie van de armen, de bevrijding van de gevangenen,
het zicht van de blinden, de vrijheid van de onderdrukten.

Loven wij de Heer, Hem zij alle eer en dank.

Jesaja 65,17-21

Zie, Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde,
en aan wat vroeger geweest is wordt niet meer gedacht;
het komt niet meer in de gedachten op.
Ik ga vreugde voor u scheppen en vrolijkheid voor altijd;
Jeruzalem wordt door Mij herschapen in een stad vol vrolijkheid,
met een bevolking vol blijdschap.
Dan zal Ik juichen om Jeruzalem
en mij verblijden om mijn volk;
geween en gekerm
worden er niet meer gehoord.
Er is geen zuigeling meer met een kort leven,
en geen grijsaard die zijn jaren niet vervult,
want de jongste sterft op de leeftijd van honderd jaar,
en wie de honderd jaar niet bereikt, wordt als vervloekt beschouwd.
Zelf zullen zij wonen in de huizen die zij hebben gebouwd,
en eten zij de vruchten van de wijngaard die zij zelf hebben geplant.

[Copyright © 1995 Katholieke Bijbelstichting]

 

Loven wij de Heer, Hem zij alle eer en dank.

De Mensenzoon is gekomen om te dienen,
wie groot wil zijn moet dienaar worden van allen.

Loven wij de Heer, Hem zij alle eer en dank.

Het is al enige tijd geleden dat zij naar Jeruzalem zijn teruggekeerd, maar de Israëlieten worstelen nog altijd om met hun hart naar de Heer terug te keren. Jesaja wil het volk wakker schudden uit de berusting waarin het na zijn terugkeer uit de ballingschap is vervallen, alsof er geen hoop meer is op wederopbouw en op een toekomst. Het woord van God wekt ons op uit de verdoving en de berusting. De Heer grijpt in en geeft zijn volk een nieuw visioen, een nieuwe droom en nieuwe energie. Zo hernieuwt Hij zijn grote plan om van de volkeren der aarde één grote familie te maken en van Jeruzalem de stad van allen. Sterker nog: "Geween en gekerm worden er niet meer gehoord. Er is geen zuigeling meer met een kort leven, en geen grijsaard die zijn jaren niet vervult, want de jongste sterft op de leeftijd van honderd jaar, en wie de honderd jaar niet bereikt, wordt als vervloekt beschouwd". Die droom komt ook vandaag nog in al zijn profetie naar voren. De verleiding van de volkeren om zich binnen hun eigen beperkte horizon op te sluiten kan worden overwonnen. Het is tijd om opnieuw het visioen van verlossing voor alle volkeren op te pikken.

Het gebed is het hart van het leven van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Het is haar eerste “werk”. Aan het einde van de dag komt elke Gemeenschap, of die nu klein of groot is, samen bij de Heer om het Woord te beluisteren en zich tot Hem te richten in het gebed. De leerlingen kunnen niet anders dan aan de voeten van Jezus zitten, zoals Maria van Bethanië, om het “betere deel” te kiezen (Lc 10, 42) en van Hem zijn gezindheid te leren (vgl. Fil 2, 5).

Elke keer dat de Gemeenschap zich tot de Heer richt, maakt ze zich die vraag eigen van de anonieme leerling: “Heer, leer ons bidden!” (Lc 11, 1). En Jezus, meester in het gebed, antwoordt: “Wanneer jullie bidden, zeg dan: Abba, Vader”.

Wanneer we bidden, ook in de geslotenheid van ons eigen hart, zijn we nooit alleen of verweesd. Integendeel, we zijn leden van de familie van de Heer. In het gemeenschappelijk gebed wordt naast het mysterie van het kindschap, ook dat van de broederschap en zusterschap duidelijk.

De Gemeenschappen van Sant’Egidio, verspreid over de wereld, verzamelen zich op de verschillende plaatsen die gekozen zijn voor het gebed en brengen de hoop en het verdriet van de “uitgeputte en hulpeloze mensenmenigte” waarover het Evangelie spreekt (Mt 9, 37) bij de Heer. Deze oude menigte omvat de inwoners van onze hedendaagse steden, de armen die zich bevinden in de marge van het leven, en iedereen die wacht om als dagloner te worden aangenomen (vgl. Mt 20).

Het gemeenschappelijk gebed verzamelt de schreeuw, de hoop, het verlangen naar vrede, genezing, zin en redding, die beleefd worden door de mannen en vrouwen van deze wereld. Het gebed is nooit leeg. Het stijgt onophoudelijk op naar de Heer opdat verdriet verandert in vreugde, wanhoop in blijheid, angst in hoop, eenzaamheid in gemeenschap. En het rijk Gods zal spoedig temidden van de mensen komen.