De orthodoxe kerken die de Juliaanse kalender volgen, vieren vandaag Kerstmis. Lees meer
De orthodoxe kerken die de Juliaanse kalender volgen, vieren vandaag Kerstmis.
Lezing van Gods Woord
Alleluia, alleluia, alleluia !
Vrees niet, ik verkondig u een vreugdevolle boodschap:
Heden is u een redder geboren in de stad van David.
Alleluia, alleluia, alleluia !
1 Johannes 3,22-4,6
wij krijgen van Hem alles wat wij vragen, omdat we ons houden aan zijn geboden en doen wat Hem welgevallig is. En dit is zijn gebod: van harte geloven in de naam van zijn Zoon Jezus Christus en elkaar liefhebben zoals Hij ons heeft bevolen. Wie zich houdt aan zijn geboden, blijft met God verbonden en God met Hem. En dat Hij met ons verbonden blijft, weten we door de Geest die Hij ons heeft gegeven. Hoe groot is de liefde die de Vader ons betoond heeft! Wij worden kinderen van God genoemd, en we zijn het ook. De wereld kent ons niet, omdat zij Hem niet heeft erkend.
Hieraan herkent u de Geest van God: iedere Geest die erkent dat Jezus Christus mens is geworden, komt van God; iedere geest die dit van Jezus loochent, komt niet van God. Het is de geest van de antichrist. U hebt gehoord dat Hij zal komen, maar Hij is al in de wereld, nu al. Kinderen, u hoort bij God, en u bent sterker dan de valse profeten, want Hij die u bezielt is machtiger dan hij die de wereld beheert. Zij horen bij de wereld; daarom ontlenen zij hun leer ook aan de wereld en luistert de wereld naar hen. Maar wij horen bij God, en wie God werkelijk kent, luistert naar ons. Wie niet van God is, weigert naar ons te luisteren. Zo onderscheiden wij de geest van de waarheid van de geest van de dwaling.
[Copyright © 1995 Katholieke Bijbelstichting]
Alleluia, alleluia, alleluia !
Alleluia, Alleluia, Alleluia.
Alleluia, Alleluia, Alleluia.
Alleluia, Alleluia, Alleluia.
Alleluia, alleluia, alleluia !
Johannes vat het leven van de gelovige samen in het vertrouwen in God en in de Zoon. De Geest die de Vader en de Zoon in het hart van de leerlingen hebben uitgestort, zal hen elkaar doen liefhebben: "dat Hij met ons verbonden blijft, weten we door de Geest die Hij ons heeft gegeven". Verbonden blijven met Jezus van Nazaret is het onderscheidende kenmerk van de christen: "Iedere Geest die erkent dat Jezus Christus mens is geworden, komt van God; iedere geest die dit van Jezus loochent, komt niet van God". Met die verwijzing naar de vleeswording doelt de apostel op de zwakheid van het menselijk leven, die Jezus ten volle op zich heeft willen nemen om dat leven te verlossen. Gods liefde voor de mensheid is onmetelijk groot: Hij is zwak geworden met ons, die zwak zijn, om ons naar de verlossing te leiden. De keuze voor de zwakheid van het vlees klinkt als een schandaal voor hen die denken dat redding afhangt van 's mensen kracht, van zijn wereldlijke macht, van zijn rijkdom, van zijn zelfredzaamheid die hem doet denken dat hij niemand anders nodig heeft, zelfs God niet. Jezus heeft ons gered met de extreme zwakheid van het kruis. Het kruis van Jezus is een bron van leven en verlossing geworden voor allen. Door het te aanvaarden leren christenen lief te hebben zoals Jezus zelf heeft liefgehad: tot het einde toe.
Het gebed is het hart van het leven van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Het is haar eerste “werk”. Aan het einde van de dag komt elke Gemeenschap, of die nu klein of groot is, samen bij de Heer om het Woord te beluisteren en zich tot Hem te richten in het gebed. De leerlingen kunnen niet anders dan aan de voeten van Jezus zitten, zoals Maria van Bethanië, om het “betere deel” te kiezen (Lc 10, 42) en van Hem zijn gezindheid te leren (vgl. Fil 2, 5).
Elke keer dat de Gemeenschap zich tot de Heer richt, maakt ze zich die vraag eigen van de anonieme leerling: “Heer, leer ons bidden!” (Lc 11, 1). En Jezus, meester in het gebed, antwoordt: “Wanneer jullie bidden, zeg dan: Abba, Vader”.
Wanneer we bidden, ook in de geslotenheid van ons eigen hart, zijn we nooit alleen of verweesd. Integendeel, we zijn leden van de familie van de Heer. In het gemeenschappelijk gebed wordt naast het mysterie van het kindschap, ook dat van de broederschap en zusterschap duidelijk.
De Gemeenschappen van Sant’Egidio, verspreid over de wereld, verzamelen zich op de verschillende plaatsen die gekozen zijn voor het gebed en brengen de hoop en het verdriet van de “uitgeputte en hulpeloze mensenmenigte” waarover het Evangelie spreekt (Mt 9, 37) bij de Heer. Deze oude menigte omvat de inwoners van onze hedendaagse steden, de armen die zich bevinden in de marge van het leven, en iedereen die wacht om als dagloner te worden aangenomen (vgl. Mt 20).
Het gemeenschappelijk gebed verzamelt de schreeuw, de hoop, het verlangen naar vrede, genezing, zin en redding, die beleefd worden door de mannen en vrouwen van deze wereld. Het gebed is nooit leeg. Het stijgt onophoudelijk op naar de Heer opdat verdriet verandert in vreugde, wanhoop in blijheid, angst in hoop, eenzaamheid in gemeenschap. En het rijk Gods zal spoedig temidden van de mensen komen.