GEBED IEDERE DAG

Gebed in de kersttijd
Woord van god elke dag

Gebed in de kersttijd

Gedachtenis van Basilius de Grote (330-379), bisschop van Caesarea, vader van het monnikenwezen in het oosten, en van Gregorius van Nazianze (330-389) kerkleraar en patriarch van Constantinopel. Lees meer

Libretto DEL GIORNO
Gebed in de kersttijd
Donderdag 2 januari

Gedachtenis van Basilius de Grote (330-379), bisschop van Caesarea, vader van het monnikenwezen in het oosten, en van Gregorius van Nazianze (330-389) kerkleraar en patriarch van Constantinopel.


Lezing van Gods Woord

Alleluia, alleluia, alleluia !

Vrees niet, ik verkondig u een vreugdevolle boodschap:
Heden is u een redder geboren in de stad van David.

Alleluia, alleluia, alleluia !

1 Johannes 2,22-28

Wie is de leugenaar? Wie anders dan hij die loochent dat Jezus de Messias is? De antichrist is hij die de Vader en de Zoon verloochent. Wie de Zoon verloochent, heeft ook de Vader niet; wie de Zoon erkent, heeft ook de Vader. Wat u betreft, zorg ervoor dat in u blijft leven wat u vanaf het begin gehoord hebt; dan zult u zelf in de Zoon blijven en ook in de Vader. En u kent de belofte die Hij ons zelf gedaan heeft: de belofte van eeuwig leven. Dit schrijf ik u met het oog op hen die u op een dwaalspoor willen brengen. Wat uzelf aangaat, de zalving die u van Hem ontvangen hebt blijft u bij, u hebt geen andere leraar nodig. Alles wat zijn zalving u leert, is waar en zonder bedrog. Blijf in Hem zoals zijn zalving u heeft geleerd.
En nu, kinderen, blijf in Hem. Dan zijn wij vol vertrouwen als Hij zal verschijnen, en hoeven wij ons bij zijn komst niet te schamen.

[Copyright © 1995 Katholieke Bijbelstichting]

 

Alleluia, alleluia, alleluia !

Alleluia, Alleluia, Alleluia.
Alleluia, Alleluia, Alleluia.
Alleluia, Alleluia, Alleluia.

Alleluia, alleluia, alleluia !

De apostel Johannes verzekert dat de Geest "waar en zonder bedrog" is. In zijn afscheidswoorden aan de leerlingen zei Jezus al: "De helper die de Vader jullie in mijn naam zal zenden, zijn heilige Geest, zal jullie verder in alles onderrichten: Hij zal jullie alles laten begrijpen wat Ik jullie gezegd heb" (Joh 14, 26). In die zalving blijven betekent daarom trouw blijven aan dat woord dat we vanaf het begin hebben gehoord en dat ons nieuw leven heeft gegeven. Het is bijzonder dat in slechts enkele verzen het werkwoord 'blijven' vijf keer voorkomt. Hiermee benadrukt de apostel de grote waarde van de trouw aan de ontvangen gave en aan de gemeenschap die geroepen is om daaruit te leven en daarvan te getuigen. De verlossing hangt niet op de eerste plaats af van de dingen die we doen, maar van de volharding in het woord dat ons heeft voortgebracht en dus in de gemeenschap waarin we zijn ontvangen. Het is zeker een fysiek en een concreet 'blijven': wij kunnen elkaar niet lief hebben zonder elkaar te ontmoeten, zonder samen naar buiten te treden, zonder elkaar te helpen of zonder in verbondenheid te leven. Maar het is niet alleen een fysiek 'blijven'. Het moet worden ingegeven door de heilige Geest, de Geest van Jezus, en bestaat uit luisteren, gehoorzaamheid, gebed en broederlijkheid, uit engagement en grootmoedige dienst. Wie op een spirituele manier in de gemeenschap blijft, met verstand, hart en lichaam, in gehoorzaamheid aan het evangelie, blijft in God. Dit is het "eeuwig leven", het leven dat niet eindigt en dat zelfs de dood niet zal kunnen vernietigen.

Het gebed is het hart van het leven van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Het is haar eerste “werk”. Aan het einde van de dag komt elke Gemeenschap, of die nu klein of groot is, samen bij de Heer om het Woord te beluisteren en zich tot Hem te richten in het gebed. De leerlingen kunnen niet anders dan aan de voeten van Jezus zitten, zoals Maria van Bethanië, om het “betere deel” te kiezen (Lc 10, 42) en van Hem zijn gezindheid te leren (vgl. Fil 2, 5).

Elke keer dat de Gemeenschap zich tot de Heer richt, maakt ze zich die vraag eigen van de anonieme leerling: “Heer, leer ons bidden!” (Lc 11, 1). En Jezus, meester in het gebed, antwoordt: “Wanneer jullie bidden, zeg dan: Abba, Vader”.

Wanneer we bidden, ook in de geslotenheid van ons eigen hart, zijn we nooit alleen of verweesd. Integendeel, we zijn leden van de familie van de Heer. In het gemeenschappelijk gebed wordt naast het mysterie van het kindschap, ook dat van de broederschap en zusterschap duidelijk.

De Gemeenschappen van Sant’Egidio, verspreid over de wereld, verzamelen zich op de verschillende plaatsen die gekozen zijn voor het gebed en brengen de hoop en het verdriet van de “uitgeputte en hulpeloze mensenmenigte” waarover het Evangelie spreekt (Mt 9, 37) bij de Heer. Deze oude menigte omvat de inwoners van onze hedendaagse steden, de armen die zich bevinden in de marge van het leven, en iedereen die wacht om als dagloner te worden aangenomen (vgl. Mt 20).

Het gemeenschappelijk gebed verzamelt de schreeuw, de hoop, het verlangen naar vrede, genezing, zin en redding, die beleefd worden door de mannen en vrouwen van deze wereld. Het gebed is nooit leeg. Het stijgt onophoudelijk op naar de Heer opdat verdriet verandert in vreugde, wanhoop in blijheid, angst in hoop, eenzaamheid in gemeenschap. En het rijk Gods zal spoedig temidden van de mensen komen.