De 80e verjaardag van de bevrijding van het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau nodigt ons uit om diep na te denken over de grootste misdaad in de geschiedenis en om tot een hernieuwd, sterk engagement te komen om deze misdaad niet te herhalen. De Herdenkingsdag - gevierd op 27 januari - vindt dit jaar opnieuw plaats tegen een internationale achtergrond van dreigende en open conflicten. Het was de oorlog samen met de verzwakking van Europese democratieën in het eerste deel van de 20e eeuw, die de voorwaarden creëerde voor die genocide. Het is daarom noodzakelijk dat Europa - het continent waar de tragedie en later de opbouw van de vrede plaatsvonden - vandaag zijn verantwoordelijkheid tegenover de geschiedenis neemt en zich krachtig distantieert van alle vormen van antisemitisme en racisme, die niet alleen in de samenleving maar ook, verontrustend genoeg, in sommige politieke groeperingen steeds vaker voorkomen.
Terwijl de generatie van getuigen verdwijnt, moeten de Europese staten een nieuwe alliantie tussen de generaties bevorderen om een herhaling van de gebeurtenissen uit de eerste helft van de 20e eeuw te voorkomen. De herinnering aan de afgrond van Auschwitz vormt een keerpunt in de geschiedenis, een onontkoombare doorgang voor de toekomst van de wereld. Antisemitisme gaat echter niet alleen joden aan: het bedreigt, samen met elke vorm van racisme, elke burger omdat het de grondslagen van het samenleven en van de vrede in twijfel trekt.
