Na Brazilië is Peru het zwaarst door de pandemie getroffen land in Zuid-Amerika. De cijfers zijn dramatisch; met meer dan 26.000 doden en meer dan 500.000 bevestigde gevallen blijft de pandemie curve stijgen. Een van de belangrijkste oorzaken van de besmettingen is in dit geval de armoede. Op de lokale markten doen miljoenen arme gezinnen die geen koelkast hebben hun boodschappen. In de arme wijken maken overbevolking en de moeilijke huisvestingsomstandigheden het onmogelijk om de regels van social distancing te handhaven.
Toen was er de massale uittocht uit de hoofdstad Lima, die tien miljoen inwoners telt. Mensen verloren hun werk en keerden terug naar hun plaatsen van herkomst. Covid-19 reisde met hen mee in de bijna altijd overvolle bussen en bereikte elke hoek van het land, van de Andes tot het Amazonewoud en de kust van de Stille Oceaan.
In deze dramatische omstandigheden blijft de Gemeenschap van Sant'Egidio zich inzetten voor de zwakkeren, in de eerste plaats voor wie op straat leeft en geen onderdak hebben. Er worden maskers uitgedeeld, er wordt gezondheidszorg gegeven met uitleg over het voorkomen van besmetting en er wordt voedselhulp uitgedeeld op straat. De "solidariteitskar" met het logo van Sant'Egidio is een bron van hulp, maar ook een teken van nabijheid, daar waar armoede toeneemt en velen hard treft.